Zorgverzekeraars hebben, in navolging van de afspraken die
eind 2019 zijn gemaakt voor de sector wijkverpleging, afgesproken om nog een
aantal maximale controletermijnen te verkorten. Vanaf 2021 hanteren
verzekeraars een maximale controletermijn van 2 kalenderjaren voor de sectoren
farmacie en paramedische zorg en een termijn van 3 kalenderjaren voor de sector
GGZ. Hiermee worden de administratieve lasten voor zorgaanbieders en
zorgverzekeraars verminderd.
Op basis van geldende wetgeving kunnen er door
zorgverzekeraars materiƫle controles plaatsvinden tot 5 kalenderjaren na dato.
Medewerkers van zowel zorgverzekeraars als zorginstellingen zijn hierdoor soms
bezig met controles over een periode die al enige tijd geleden is. Om deze
administratieve lasten te verminderen is binnen het platform (Ont)regel de zorg
de wens uitgesproken om de huidige maximale controletermijn van 5 kalenderjaren
te verkorten.
Zorgaanbieders houden zich aan gemaakte declaratieafspraken.
Voor deze sectoren is daarom nu afgesproken om vanaf
schadejaar 2021 voor gecontracteerde zorgaanbieders over te gaan op een
maximale controletermijn van 2 kalenderjaren voor farmacie en paramedische zorg en 3
kalenderjaren voor de GGZ. Dit betekent dat er uiterlijk binnen die termijn een
materiƫle controle gestart wordt. Natuurlijk geldt hierbij dat zorgaanbieders
zich houden aan gemaakte declaratieafspraken opgenomen in de uniforme
declaratieparagraaf, waaronder de termijn van indiening van declaraties. In het
kader van uniformiteit is ook de paragraaf Controle in de Generieke Algemene
Bepalingen eerste lijn hierop aangepast.