Werkgevers krijgen als
onderdeel van het noodpakket van het kabinet meer tijd om arbeidscontracten
voor onbepaalde tijd schriftelijk vast te leggen volgens de geldende
voorwaarden. Dit is nodig om de lage WW-premie te mogen toepassen. De
Belastingdienst licht de wijzigingen toe. De coulanceperiode is met drie
maanden verlengd tot 1 juli 2020. Ook komt er een aanpassing van de maatregel
die geldt voor meer dan 30% overwerk bovenop de contracturen.
De nieuwe Wet arbeidsmarkt in balans (WAB) die sinds 1
januari 2020 van kracht is heeft invloed op de WW-premie die werkgevers
betalen. Voor werknemers met een vast arbeidscontract betalen werkgevers in de
meeste gevallen de lage WW-premie, voor overige werknemers de hoge WW-premie.
Bij arbeidscontracten voor onbepaalde tijd mag de lage WW-premie alleen
toegepast worden wanneer het contract geen oproepcontract is, schriftelijk is
vastgelegd en ondertekend is door zowel werkgever als werknemer. Bij
arbeidscontracten die uiterlijk 31 december 2019 zijn ingegaan, kan het zijn
dat deze alsnog schriftelijk moeten worden vastgelegd.
Extra tijd om contracten op orde te brengen
Met de maatregelen vanwege het coronavirus krijgen
werkgevers nu langer de tijd om te controleren of bestaande arbeidscontracten
voor onbepaalde tijd schriftelijk zijn vastgelegd. Gabriëlle van de Ven,
Landelijk vaktechnisch coördinator Premieheffing bij de Belastingdienst licht
toe: “De Belastingdienst realiseert zich dat werkgevers nu een bijzonder
moeilijke tijd doormaken. Veel werkgevers hebben op dit moment te maken met
aanzienlijk meer of minder werk. Dit vraagt veel van hen. Het is belangrijk om
ervoor te zorgen dat bestaande arbeidscontracten conform de administratieve
vereisten voor de lage WW-premie zijn vastgelegd, maar er zijn werkgevers die
hier nu geen tijd voor hebben. Daarom is de coulanceperiode voor het
schriftelijk vastleggen van arbeidscontracten voor onbepaalde tijd met drie
maanden verlengd tot 1 juli. Als werkgevers controleren of een arbeidscontract
aan de administratieve eisen voor de lage WW-premie voldoet, adviseer ik om ook
te bekijken of het geen oproepcontract is. Dit begrip is namelijk door de WAB
gewijzigd.”
Aanpassing herziening lage WW-premie bij overwerk
Binnen het ‘Noodpakket banen en economie’ van het
kabinet wordt ook de herziening van de lage WW-premie aangepast in gevallen
waarbij de werknemer op jaarbasis meer dan 30% werkt bovenop de uren in zijn of
haar contract. Deze bepaling, die regelt dat werkgevers met terugwerkende
kracht de hoge WW-premie moeten betalen, kan tot onbedoelde effecten leiden
voor werkgevers, bijvoorbeeld in de zorg en bij supermarkten. Daar is door het
coronavirus juist veel extra werk. De invulling van deze aanpassing gebeurt zo
spoedig mogelijk. Meer informatie volgt zodra dit bekend is.
Ja-ja-nee-check
Om werkgevers te helpen bepalen welke premie van
toepassing is, is er de ja-ja-nee-check. Kunnen werkgevers de drie vragen
achtereenvolgens met ja-ja-nee beantwoorden, dan geldt de lage premie. Zo niet,
dan moet de hoge premie worden betaald. Er gelden enkele uitzonderingen waarbij
toch de hoge of lage premie van toepassing is:
Ga voor meer informatie over de ja-ja-nee-check en de loonaangifte naar Belastingdienst loonheffingen of bekijk de video.
Zie voor meer informatie over de WAB, oproepcontracten en ketenbepaling www.rijksoverheid.nl